De 5 meest voorkomende kinderziektes (en wat je eraan kunt doen)
Er zijn veel verschillende kinderziektes, elk met andere kenmerken. Vrijwel alle kinderen krijgen ze wel een keer voordat ze een jaar of 10 zijn. Een aantal ziektes kan worden voorkomen of geremd door de vaccinaties die je kind heeft gekregen. Hier behandelen we de vijf meest voorkomende kinderziektes, hoe je ze kunt voorkomen en wat je eraan kunt doen.
1. Waterpokken
Vrijwel alle kinderen krijgen een keer de waterpokken. En hoe raar het ook klinkt: dat is maar goed ook. Want hoe ouder iemand is, hoe zieker hij of zij wordt van de waterpokken. Dus kun je het maar beter op jonge leeftijd achter de rug hebben. Kinderen zijn al meer dan een week voordat ze zelf ziek worden, besmettelijk. Vooral door hoesten, niezen en kwijlen zijn ze besmettelijk voor andere kinderen. Omdat de besmettelijkste tijd vóór het optreden van de symptomen is, heeft het geen zin om je kind af te schermen van anderen als je ontdekt dat het de waterpokken heeft.
De symptomen van waterpokken
De waterpokken beginnen met een vervelend, ziek gevoel bij je kind. Hij of zij zal hangerig en humeurig worden. Vooral kleine kinderen worden hier erg vervelend van, omdat ze hun gevoel niet kunnen communiceren. Na een poosje ontstaat er vaak koorts, hoewel dat niet altijd gebeurt. De koorts duurt niet langer dan 2-3 dagen en blijft meestal laag. In principe komt de koorts niet boven de 40 graden.
Pas tijdens of na de koorts ontstaan de kenmerkende waterpokken op de huid van je kind. Deze vlekjes kunnen sterk jeuken. Er ontstaan kleine blaasjes, die na verloop van tijd plaats maken voor korstjes. Het ene kind zit er compleet onder, het andere kind niet of nauwelijks. Sommige kinderen hebben maar vijf of zes plekjes, dus valt het ouders minder snel op. Hoewel de koorts snel afneemt, kan de hangerigheid en humeurigheid heel wat langer duren.
Je hoeft de dokter niet te bellen als je kind de waterpokken krijgt. Wel moet je bellen als de koorts boven de 40 graden stijgt of langer dan 3 dagen aanhoudt.
Hoe ga je om met waterpokken?
Je kunt niet voorkomen dat je kind de waterpokken krijgt. Contact met andere kinderen brengt automatisch kans op besmetting. Je kind wordt pas twee weken na besmetting ziek. Wanneer je kind koortsig is, ga je ermee om als bij elke andere ziekte. waterpokken is vrijwel nooit ernstig, zeker niet als je kind is ingeënt.
Je kunt wel wat trucjes gebruiken om het voor je kind wat minder vervelend te maken. Allereerst zijn er verkoelende crèmes die goed helpen tegen de jeuk. Dat zal zorgen dat je kind daar in elk geval minder last van heeft, zodat hij beter slaapt en sneller geneest. Daarnaast moet je kijken of je kind ook blaasjes in de mond heeft. Het kan dan helpen om een koude bijtring te gebruiken bij kleine kindjes, of verkoelend drinken en ijs bij wat grotere kinderen.
De hangerigheid en humeurigheid van de waterpokken kan wel een maand aanhouden. Sommige ouders vinden hun kind zielig en wijken daarom vaak af van de regels in deze tijd. Enerzijds mag je wel wat meer begrip tonen voor je kind nu hij ziek is. Anderzijds blijkt het vaak erg lastig om de oude discipline weer terug te brengen. Een kind went er snel aan als vervelende regels ineens niet meer gelden! Je kunt in principe na de koorts weer gewoon overgaan tot de orde van de dag.
2. Vijfde en zesde ziekte
De vijfde en zesde ziekte lijken veel op elkaar. Beiden kenmerken ze zich door rode vlekjes bij je kind. Er zijn echter wel verschillen. Zo heeft je kind waarschijnlijk nauwelijks last van de vijfde ziekte, terwijl de zesde ziekte zich juist manifesteert in (hoge) koorts. Tegen beide ziektes wordt niet ingeënt, omdat ze wel vervelend, maar niet gevaarlijk zijn.
Symptomen
Bij de vijfde ziekte is het eerste symptoom knalrode wangen. Daarna verspreiden zich felrode vlekjes over het gezicht en lichaam van je kind. De vlekken variëren in grootte en lijken op de huid te liggen. Je kind zal waarschijnlijk geen koorts krijgen, hoewel soms een lichte verhoging voorkomt. Je kind wordt wel hangerig. De meeste kinderen hebben vrijwel geen last van de vijfde ziekte en herstellen binnen tien dagen weer. Ze hoeven niet in bed te blijven. Het besmettelijke stadium is nog voordat je kind ziek wordt.
Bij de zesde ziekte gaat er koorts vooraf aan de vlekken. Deze koorts kan best hoog zijn, maar duurt niet zo lang. Meestal is de koorts binnen 3-5 dagen weer over. Wanneer de koorts gaat zakken, ontstaan er lichte vlekken. De vlekken lijken wel wat op die van de vijfde ziekte, maar ze verdwijnen sneller en worden minder fel. Omdat de ziekte onschuldig is en geen complicaties kent, wordt hier niet tegen ingeënt. Het is ook niet te voorkomen omdat kinderen elkaar besmetten voordat ze zelf ziek worden. De vijfde en zesde ziekte lijken op elkaar, maar worden door andere virussen veroorzaakt.
Wat kun je eraan doen?
In feite kun je weinig doen tegen de vijfde en zesde ziekte. Het zijn ziektes die gewoon moeten uitzieken. Tijdens de koortsige periode is het het best als je je kind thuis in bed houdt. Is de koorts eenmaal over, dan is er geen reden om je kind binnen te houden. Hij of zij mag ook gewoon naar het kinderdagverblijf of naar school. Bij hoge koorts kun je je kind paracetamol geven. Het is niet nodig om de huisarts in te schakelen: zowel vijfde als zesde ziekte kent geen complicaties.
3. Rota-virus
Er komen jaarlijks zo’n 4.600 kinderen kort in het ziekenhuis vanwege het rota-virus. Waarschijnlijk krijgt vrijwel elk kind in Nederland weleens te maken met het virus. In principe is het onschuldig, mits je als ouder de juiste maatregelen neemt. De eerste besmetting is het ergst, latere besmettingen zijn meestal minder erg. Het rota-virus wordt vaak verward met buikgriep omdat de symptomen er wel op lijken.
Symptomen van het rota-virus
De belangrijkste symptomen zijn misselijkheid en diarree. Verder kan ook koorts optreden, hoewel dat lang niet altijd gebeurt. Het gevaar van dit virus is niet zozeer het virus zelf, maar vooral de uitdroging die wordt veroorzaakt door misselijkheid en diarree.
Hoe ga je hiermee om?
Wat je als ouder vooral moet doen is zorgen dat je kind genoeg vocht binnenkrijgt. In het geval van baby’s is het een kwestie van extra aanleggen of meer flesjes geven. Probeer je kind te stimuleren zoveel mogelijk te drinken. Gaat dit moeilijk, probeer het dan door middel van ijs (dit kan de maag soms ook kalmeren). Geef vooral bouillon, om te zorgen voor voldoende zouten in het lichaam, en drinken met suiker om te zorgen voor energie als je kind niets eet. Veel drinken is essentieel. Uitdroging is namelijk de reden dat zoveel kinderen in het ziekenhuis komen.
De ziekte duurt niet zo lang. Je kunt weinig doen om besmetting te voorkomen. Goede hygiëne helpt wel, voornamelijk rond de toiletgang en het eten. Was regelmatig goed je handen en zorg dat je kinderen hier ook op letten.
4. Krentenbaard
Krentenbaard is erg vervelend en ziet er vies uit, hoewel het niet ernstig is. Soms kan krentenbaard hardnekkig lang duren, maar gelukkig is er een creme die de groei van de bacteriën remt en zorgt voor snellere genezing. De huidziekte komt vooral voor bij neus en mond, maar kan zich over het lichaam verspreiden.
Symptomen van krentenbaard
Krentenbaard geeft pas 2-3 dagen na besmetting de eerste symptomen. Je kind voelt zich prima, want de bacterie tast alleen de huid aan. Daarop vormen zich kleine en grotere blaasjes, die sterk kunnen jeuken. Laat je kind hier niet aan krabben: het vocht kan besmettelijk zijn en je kind kan zichzelf voortdurend opnieuw besmetten. Na een tijdje barsten de blaasjes open en drogen ze op. Daarna verdwijnen ze, al kunnen er wel meteen weer nieuwe blaasjes gevormd worden.
Wat kun je doen?
Krentenbaard is vooral besmettelijk via neus en keel. Leer je kind dus goede hygiëne als het gaat om hoesten en niezen. Ontdek je dat je kind krentenbaard heeft, doe dan al het linnengoed en beddengoed waarmee je kind in contact komt in de was. Zorg voor goede hygiëne. Meldt het ook aan de dokter, deze kan een creme voorschrijven en heeft meer praktische tips. Krentenbaard duurt meestal binnen een tot drie weken, maar kan bij herbesmetting langer duren. Ook volwassenen kunnen het krijgen. Bedek de korstjes en blaasjes nooit met verband of pleisters, want dat gaat broeien en zorgt voor langer herstel en groter besmettingsgevaar. Omdat de ziekte niet gevaarlijk is, mag je kind naar school. Meldt het wel van tevoren: soms zal de school liever hebben dat je je kind thuis houdt totdat het kind niet meer besmettelijk is.
5. Kinkhoest
Ondanks dat er tegen kinkhoest wordt ingeënt, komt de ziekte bij vlagen voor. Er vormen zich vaak epidemieën van een variant waartegen de inenting niet zo goed werkt. In principe is kinkhoest onschuldig, hoewel het zich in zeldzame gevallen ernstiger kan manifesteren. Het is gevaarlijker voor baby’s jonger dan 6 maanden en voor kinderen met afwijkingen aan hart of longen.
Symptomen van kinkhoest
Kinkhoest is voor kinderen niet gevaarlijk (soms wel voor baby’s), maar is wel een heel vervelende ziekte, die veel vraagt van ouders en kind. Het kind krijgt namelijk lange hoestbuien die maar niet over willen gaan. Verder zit er veel slijm in de luchtwegen, wat veroorzaakt wordt door de bacterie. Dit is erg verontrustend, hoewel het niet gevaarlijk is. Het hoesten kan wekenlang aanhouden, maar moet vanzelf overgaan. Vooral wanneer kleine kindjes dit hebben kan dit erg verontrustend zijn. Het wordt ook wel de 100-dagenhoest genoemd, omdat het wel drie maanden kan duren voordat de hoest over gaat.
Wat kun je doen?
Kinkhoest is besmettelijk in de fase dat jij denkt dat je kind een gewone verkoudheid onder de leden heeft. Pas vier weken na de eerste verkoudheid krijgt het kind de typische hoest die je herkent als kinkhoest. Dan is het al te laat: het besmettelijke stadium is over. Volwassenen kunnen drager zijn van de bacterie zonder dat ze symptomen hebben. Je kunt dus niet voorkomen dat je kind de infectie krijgt.
Het maakt niet uit of je kind wel of geen kinkhoest heeft: goede hygiëne kan besmetting voorkomen. Maak er een gewoonte van om papieren zakdoekjes te gebruiken en regelmatig handen te wassen. Dit kan voorkomen dat je kind kinkhoest doorgeeft als het zelf nog geen duidelijke symptomen heeft. Het heeft geen zin om elk hoestend kind te ontwijken, want de meesten hebben een gewone verkoudheid. En een kind dat de typische kinkhoest-hoest heeft is al niet meer besmettelijk.
