8 moestuin tips voor beginners
Een eigen moestuintje is hartstikke leuk. Het helpt je om zelf je eten te kweken. Bovendien is het ook heel leerzaam voor je kinderen om de groenten te zien groeien. Maar hoe maak je eigenlijk een moestuin? En hoe krijg je een succesvolle oogst? Dit zijn 8 moestuin tips voor beginners.
Tip 1. Begin klein
Je wilt misschien graag een flinke moestuin aanleggen. Maar het is beter om klein te beginnen. Je kunt bijvoorbeeld kiezen voor een moestuin van 1 vierkante meter. Als dit een succes is, kun je hem altijd nog uitbreiden naar een grotere moestuin. Vergeet niet dat je van je moestuin ook best veel werk hebt: je moet de groenten helpen groeien en regelmatig het onkruid wieden.
Tip 2. Maak de grond goed klaar
De grond van de moestuin moet goed voorbereid worden. Doe je dat niet, dan zul je merken dat het later lastiger is om dat nog te doen. Spit de grond goed door als je in de volle grond gaat werken. Verwijder zoveel mogelijk onkruid met wortel en al. Meng de bovenlaag met tuinaarde, maar liever niet met compost. Eventueel kun je er ook mest doorheen mengen. Als je je moestuin gaat maken in een moestuintafel of moestuinbak, dan gebruik je ook tuinaarde. In de bovenlaag meng je wat mestkorrels.
Tip 3. Dun zaaien en planten
Een veel voorkomende beginnersfout: teveel zaad op een te klein oppervlak zaaien. De plantjes komen dan wel vrij snel op, maar hebben niet genoeg ruimte. Je zult al snel een groot deel van de plantjes moeten verwijderen omdat ze anders geen plaats hebben om te groeien. Zonde van het zaad en het levert je extra werk op en waarschijnlijk een slechtere oogst. Geeft elke plant de ruimte en heb er vertrouwen in dat uit één zaadje echt een flinke plant kan groeien.
Tip 4. Regelmatig water geven
Misschien denk je dat je de planten geen water hoeft te geven omdat ze buiten staan. Maar juist dan hebben ze vaak extra vocht nodig. Er verdampt elke dag veel vocht uit de planten, vooral als ze groter worden. Dat moet worden aangevuld. Geef elke 3 dagen wat water als het niet geregend heeft. Dat hoeft niet heel veel te zijn, maar geef wel voldoende. Let erop dat je vooral bij de wortels water geeft en niet over de complete plant heen.
Tip 5. Zorg voor genoeg schaduw
Afhankelijk van je planten kunnen ze wel of niet in de volle zon staan. Maar zelfs de planten die het liefst in de zon staan, zullen verbranden als het echt heel heet of droog is. Zorg dus in hoogzomer voor wat schaduw op je moestuin. Ze mogen ‘s morgens en ‘s avonds gerust in de volle zon staan, maar midden op de dag kan het te heet zijn voor de planten.
Tip 6. Check regelmatig op slakken en rupsen
Slakken en rupsen kunnen in heel korte tijd een complete oogst opeten. Let dus op sporen van deze dieren in je planten. Je ziet het vooral snel aan aangevreten bladeren. Je kunt gelukkig wel wat dingen doen om slakken te weren uit je tuin. Bijvoorbeeld door slakkenkorrels te strooien, hoewel je wel moet oppassen dat je ze niet te dicht bij je groenten strooit. Tegen rupsen is het een stuk lastiger om iets te doen.
Tip 7. Op tijd afdekken
Denk je dat je al bijna de eerste aardbeitjes kunt plukken, blijken ze ineens weggevreten door de vogels. Je moet op tijd je bijna-rijpe vruchten afdekken in de moestuin. Dat kun je doen met gaas, maar ook met speciaal doek. Met name fruit is hier gevoelig voor. Heb je last van konijnen of andere wilde dieren die in je moestuin komen, dan moet je hem afschermen met fijn en sterk gaas, zoals voliere gaas.
Tip 8. Geef niet op bij de eerste oogst
De eerste oogst gaat vaak mis. Je krijgt bijvoorbeeld misvormde groentes omdat ze te dicht bij elkaar stonden. Of je sla is aangevreten omdat je te laat zag dat er slakken in zaten. Er gaat meestal wel iets mis tijdens de eerste oogst van je moestuintje. Geef niet op: elke keer leer je er nieuwe dingen bij en gaat het beter. Uiteindelijk eindig je meestal binnen 3-4 jaar met een goede moestuin die een prima oogst opbrengt.
Zelf je groenten kweken is milieuvriendelijk, het is prettig om zelfvoorzienend te zijn en het is leerzaam. Je hebt er echter wel wat werk van, omdat je regelmatig onkruid moet wieden. Toch is het heel leuk om te doen. En als je begint met een kleine tuin, kun je vanzelf inschatten welk formaat goed bij jou en je gezin zal passen. Heb je weinig ruimte, bijvoorbeeld omdat je in de stad woont? Dan is het huren van een klein moestuintje ook een prima optie. In de meeste gemeentes zijn wel volkstuinen te huur.
