Té goede hygiëne probleem voor weerstand
We leven in een behoorlijk hygiënisch land. Handen wassen, alles regelmatig schoonmaken en zelfs uitkoken is heel normaal. En dat is ook prima, want zo voorkom je heel veel ziektes. Maar wat je waarschijnlijk nog niet wist, is dat je ook té hygiënisch kan zijn. En dat is eigenlijk helemaal niet goed voor de weerstand van je kinderen.
Weerstand opbouwen
Je immuunsysteem werkt vrij ingewikkeld. Het basisprincipe is echter simpel: er komt een ziekteverwekker binnen en het immuunsysteem ruimt hem weer op. Als je een goede weerstand hebt, gebeurt dat vaak zonder dat je het merkt. Heb je een slechte weerstand, dan ben je vaker ziek terwijl je immuunsysteem aan het werk is. Door je handen te wassen en je schoon te houden, voorkom je dat ziekteverwekkers binnenkomen. Je immuunsysteem hoeft dus minder te doen en je wordt minder vaak ziek.
Er zijn echter veel ziekteverwekkers waar je lichaam aan kan wennen. Neem bijvoorbeeld de waterpokken. Vrijwel elk kind krijgt die een keer, maar daarna nooit meer. Zodra het virus het lichaam voor een tweede keer binnenkomt, zijn er antistoffen die het onderscheppen en kapotmaken. Je wordt er dus niet nog een keer ziek van. Dat is het opbouwen van weerstand: het zoveel mogelijk ziektes herkennen en kapotmaken vóórdat je er ziek van wordt.
Té goede hygiëne
Handen wassen na toiletbezoek en voor de maaltijd is belangrijk. Je kunt namelijk heel wat bacteriën op je handen hebben waar je ziek van wordt. Net zo goed moet je je huis schoon genoeg houden en wonden schoonmaken als ze vies zijn. Maar de laatste jaren zijn we in Nederland veel té schoon geworden! Veel moeders hebben standaard een antibacteriële spray of zeep bij zich. Alles wordt blinkend schoon gepoetst, er mag geen vuil op de vloer liggen en je zorgt dat je kind zo schoon mogelijk is.
Het probleem van een té goede hygiëne is dat het immuunsysteem maar weinig indringers krijgt. Daardoor wordt het moeilijker om een goede weerstand op te bouwen. Hoe meer contact je hebt met bacteriën en virussen, hoe beter de herkenning werkt. Maar als alles heel schoon wordt gehouden, komen kinderen minder in aanraking met bacteriën en virussen. Het is fijn dat je kind minder vaak ziek wordt, maar tegelijkertijd bouwt hij ook minder weerstand op.
Wat als het misgaat?
Uit onderzoek is gebleken dat het immuunsysteem beter werkt als een kind voldoende in aanraking is gekomen met ziekteverwekkers. Er zijn gevallen waarbij dat niet is gebeurt, bijvoorbeeld omdat de moeder smetvrees had. Op zich hoeft het geen probleem te zijn, totdat er iets gebeurt waardoor het immuunsysteem van slag raakt. En dan gaat het ook meteen goed mis! Kinderen kunnen, als ze een slechte weerstand hebben, ineens erg ziek worden van simpele bacteriën waar ze anders niets van zouden hebben gemerkt.
Een ander gevolg van een te goede hygiëne is de grotere kans op auto-immuunziekten. Daarbij valt het lichaam zichzelf aan. Vaak heeft dat te maken met een overactief immuunsysteem, wat weer te maken heeft met… een gebrek aan ziekteverwekkers. Het immuunsysteem gaat driftig op zoek naar virussen en bacteriën om mee af te rekenen. Zijn die er niet, dan wordt het eigen lichaamssysteem aangevallen. Vermoedelijk is dit de reden dat in westerse landen veel meer auto-immuunziektes voorkomen dan in arme landen waar veel ziekteverwekkers zijn.
Wat moet je doen?
Wat moet je doen als je je kind gezond wilt houden? Dit zijn enkele tips:
- Maak alles niet overmatig schoon. Je kunt gerust regelmatig wat schoonmaken, maar zorg dat je kind ook in aanraking komt met vuil.
- Laat je kind bepaalde vieze gewoontes houden, bijvoorbeeld eten van de grond pakken of aan het winkelwagentje likken. Niet fris, wel goed voor de weerstand.
- Laat je kind lekker buitenspelen en sta niet meteen klaar met de hygiënische doekjes als er sprake is van zand, modder of viezigheid.
- Gebruik liever geen antibacteriële zeep of spray. Hiermee dood je ook veel goede bacteriën en het is slecht voor de opbouw van de weerstand.
- Laat je kind spelen met andere kinderen. Kinderen delen al snel hun eten met elkaar, geven elkaar kusjes enzovoorts. Uit onderzoek blijkt dat kinderen die naar een opvang of peuterspeelzaal gaan vaker ziek zijn (en hun ouders ook, bedankt!), maar dat ze ook een veel betere weerstand opbouwen dan kinderen die veel thuis zijn.
De conclusie: durf de hygiëne regelmatig even los te laten. De basisregels zijn wel belangrijk om je te beschermen tegen bepaalde ziektes. Zo moet je je handen wassen na toiletbezoek en voor het eten. En dat je beschimmeld eten weggooit en geen rottend fruit in de keuken laat liggen, is ook wel logisch. Doe dus gewoon het normale om het huis en je kind schoon te houden, maar ga vooral niet overdrijven. Laat je kind voldoende in aanraking komen met ziekteverwekkers om zijn weerstand goed op te bouwen. Ja, hij zal iets vaker ziek zijn, maar met een sterker immuunsysteem zal hij ook een veel sterkere en betere gezondheid opbouwen!