12x waar jij je niet aan stoort, maar anderen wel

Wanneer je kinderen hebt verander je vaak flink van houding. Je hebt ook weinig andere keus als je wilt voorkomen dat je compleet doldraait. Deze 12 dingen storen jou allang niet meer, maar anderen ergeren zich hier groen en geel aan!

1. Je kind loopt rond met een snottebel. Jij ziet dat hele dagen en je hebt echt geen tijd om elke twee minuten die neus af te vegen. So what?
2. De visite stapt binnen in je pas opgeruimde huis. En terwijl jij de koffie inschenkt, gooit je peuter met het nodige lawaai een flinke doos met blokken om en verspreid ze door de kamer. Compleet normaal.
3. Je kind komt overstuur naar je toe omdat hij is gevallen. Jij kijkt even of er niks gebroken is en that’s it. Zo zielig is ie niet.
4. Tijdens het eten smeert je kind de chocoladepasta over de kinderstoel, op zijn kleren, over zijn gezicht, in zijn haren en achter zijn oren. Jij vist doodleuk ergens een zakdoek vandaan en poetst het ergste weg. Ooit leert hij vast wel om iets netter te eten, over een jaar of twintig ofzo.
5. Je kinderen doen een poging elkaar te vermoorden. Jij haalt ze af en toe uit elkaar, maar laat ze verder hun gang maar gaan. Zolang ze het niet al te bont maken tenminste.
6. In de supermarkt krijgen alle oude dames enorm medelijden met je kind. Zoals ze daar zit met een rood aangelopen hoofd, de tranen over haar wangen biggelend… Jouw kleine dramaqueen weet heel goed wat ze wil. En nu leert ze dat ze niet alles mag van mama.
7. Straf geven doe je eigenlijk nooit goed. Oude mensen vinden je te soft, jonge mensen zonder kinderen vinden je te hard. Je kind zelf vindt het eigenlijk nooit eerlijk dat hij straf krijgt. Tsja…
8. Vlekken op kleren zijn heel normaal. Niet alleen de kleren van je kind worden snel vies, maar ook je eigen kleren moeten er vaak aan geloven. En je kunt je niet voor elk wissewasje om gaan kleden, toch?
9. Je ruikt even aan de luier van je kind. Alle mensen die zelf geen kinderen hebben zweren dat ze dat nooit zullen doen. Totdat ze zelf een kind krijgen.
10. Alles is altijd kwijt. Jij bent daar ondertussen aan gewend, anderen worden er compleet gek van. Waar zijn die sokken / sleutels / speeltjes nu weer heen?
11. Er zijn altijd speeltjes die een hoop herrie maken. In combinatie met rondvliegende blokken. Plus natuurlijk het verhaal dat de kinderen aan het luisteren waren. Kortom: altijd een hoop herrie, die jij gewoon buitensluit en negeert.
12. Je hebt het moeiteloos over poepluiers, spugen na andere vieze zaken. Andere ouders begrijpen dat volkomen, maar mensen zonder kinderen walgen ervan hoe jij vertelt over die smerige spuitluier.

Aan welke dingen stoor jij je niet meer, maar anderen wel?