Ouders zijn ongelukkiger – of toch niet?

Het moederschap wordt tegelijk beklaagd en verheerlijkt. Heb je nog geen kinderen, dan wil je niets liever dan uiteindelijk zo’n schattig wezentje hebben. En heb je het dan, dan kun je klagen over gebroken nachten en alle andere ouderperikelen. En nu is er onderzoek gekomen dat zegt dat ouders minder gelukkig zijn dan mensen zonder kinderen. Wait… What??

Onderzoek naar geluk bij ouders

Het onderzoek naar geluk bij ouders is gedaan in Duitsland. De deelnemers moesten elk jaar hun geluk een cijfer geven. En wat bleek? De eerste twee jaren waren ouders gelukkiger dan vóórdat ze kinderen kregen, maar daarna werden ze minder gelukkig dan ervoor. Volgens het onderzoek kan dat meerdere redenen hebben, maar daar heeft het onderzoek niet naar gekeken. Het ging hen puur om de cijfers die mensen zelf aan hun geluk gaven. Daarna begon de speculatie waaróm dat zou zijn:

• Veel moeders gaan minder werken. Mensen halen echter voldoening uit hun werk en bovendien missen veel moeders het praten met collega’s en andere mensen die ‘niets met de kinderen te maken hebben’.
• Je moet vaak rondkomen met minder geld, wat best vervelend is als de uitgaven juist stijgen doordat je kinderen hebt.
• Ouders hebben minder vrije tijd en vrijwel alle vrije tijd lijkt op te gaan aan het gezin.

De gemiste factor

Het onderzoek is in mijn ogen niet volledig correct. Er wordt niet gevraagd aan de ouders waaróm ze zich ongelukkiger voelen. Er zijn natuurlijk redenen om minder gelukkig te zijn. Maar eentje daarvan is zo logisch dat het me verbaasd dat die niet genoemd is: wanneer vraag je die ouders naar hun gelukscijfer? Als je het mij vraagt op een moment dat ik me happy voel, mijn kind net iets nieuws heeft geleerd, ik apetrots ben op haar (en stiekem een beetje op mezelf), als ik eens een paar nachten goed heb geslapen: dan is mijn gelukscijfer behoorlijk hoog. Maar lig ik op apegapen, is mijn dochter al twee weken niet fit, zit mijn man in een dipje en heb ik geen idee meer waar mijn bed precies stáát, dan is het logisch dat mijn gelukscijfer ook even wat lager is.

Een alternatief onderzoek

Het lijkt me goed om eens een alternatief onderzoek te doen naar die gelukscijfers. We doen ze niet per jaar, maar per week. En dan vragen we het de ouders het liefst in het weekend. Vraag jij de papa op het voetbalveld maar eens wat zijn gelukscijfer is als zijn zoontje net een doelpunt heeft gescoord. Vraag de moeder maar eens hoe het gelukscijfer erbij staat als ze net een heerlijk gerecht heeft gekookt én de kids vinden het nog echt lekker ook. Vraag de papa maar hoe het gelukscijfer is als hij al om 19:00 ontspannen TV kan kijken omdat de kids al lekker in bed liggen. Of de moeder als ze de werkster uitzwaait die net het hele huis een grote beurt heeft gegeven. Wedden dat die cijfers iets heel anders laten zien!

De gelukscijfers wisselen sneller

Ik denk dat het onderzoek nog iets is vergeten. Als je single bent is je leven doorgaans redelijk rustig. Je doet je ding, je hebt je vaste routines. En ook als je een paar vormt en trouwt, houd je een bepaalde routine aan. Krijg je kinderen, dan verandert dat je hele leven. Je gelukscijfer veranderd van een constant en weinig veranderend getal naar een getal dat elke dag enorm kan wisselen. Je gelukscijfers zijn minder stabiel en dat komt omdat je leven veel minder stabiel is. Maar maakt dat je minder gelukkig? Daarover heb ik mijn twijfels. Misschien maakt het je wel vaker gelukkig én vaker ongelukkig, afhankelijk van hoe het leven ervoor staat.

Onderzoeken naar geluk zijn altijd lastig. Je kunt het niet echt meten, want geluk is een gevoel. Je bent bovendien afhankelijk van heel veel geluksfactoren die bepalen of je je wel of niet gelukkig voelt. Een onderzoek naar geluk is dus niet direct leidend voor een conclusie. Dus of we nu echt uit het onderzoek moeten concluderen dat ouders minder gelukkig zijn dan mensen zonder kinderen… nee, dat zou ik toch niet doen. Want ouders – zijn jullie nu echt minder gelukkig?