Aardbeien zijn vers het lekkerst. Je komt ze het hele jaar door tegen in de supermarkt, maar meestal zijn die aardbeien niet zo lekker. Ze zijn wat smakeloos en waterig. Dat komt omdat ze in grote aantallen zo snel mogelijk worden gekweekt. Verse aardbeien uit eigen tuin zijn veel lekkerder. Ze hebben de tijd gekregen om rustig te groeien aan je planten. Maar hoe doe je dat eigenlijk: aardbeien kweken in je tuin? Dit zijn 7 handige tips.
1. De drie groeifasen
Misschien denk je dat aardbeienplanten altijd zodra ze goed geworteld zijn aardbeien gaan produceren. Dat is echter niet zo: aardbeienplanten hebben drie groeifasen:
- 1e jaar: de aanplant van een jong plantje of het zaaien van aardbeienzaad. Eind van het seizoen een kleine aardbeienplant.
- 2e jaar: de plant maakt veel uitlopers en groeit snel. Er komen nog niet veel aardbeien aan.
- 3e jaar: heel veel aardbeien, de beste opbrengst die de plant zal geven.
Vanaf het derde jaar wordt het aantal aardbeien per plant weer een stukje minder tot de plant uiteindelijk ophoudt met aardbeien te produceren.
2. Wat als… je een volwassen plant koopt?
Veel mensen kopen een of meer volwassen aardbeienplanten in het tuincentrum. Er groeien al aardbeien aan. Als je kijkt naar de groeifasen, zul je zien dat deze planten al aangekomen zijn in hun 3e groeifase. Deze planten zullen dit jaar veel aardbeien dragen, maar het volgende jaar alweer een stuk minder.
3. Het hebben van drie aardbeienveldjes
Wil je zelf aardbeien kweken? Dan maak je meestal drie veldjes. In het eerste veldje plant je nieuwe kleine plantjes, of je zaait het zaad. Zaad gebruik je meestal in het voorjaar, kleine plantjes poot je in de zomer of het najaar. Je kunt kleine plantjes vaak gratis of goedkoop vinden op Marktplaats of bij boerderijen. Het volgende jaar plant of zaai je nieuwe plantjes op het tweede veldje. De plantjes van het eerste veldje zullen dit jaar flink groeien, maar nog niet veel aardbeien dragen.
In het 3e jaar plant of zaai je plantjes op het derde veldje. De plantjes op het tweede veldje gaan dit jaar groeien en uitlopen. De plantjes op het eerste veldje beleven hun topjaar: ze produceren een flinke hoeveelheid aardbeien (soms wel 50-100 per plant!). Na de bloei verwijder je de planten van dit veldje en het volgende jaar plant je er weer nieuwe planten op. Zo heb je uiteindelijk:
- 1 veldje met nieuwe zaailingen of jonge plantjes
- 1 veldje met plantjes van 1 jaar oud, die gaan uitlopen en groeien
- 1 veldje met planten die een flinke aardbeienproductie opleren
De veldjes wissel je met je jaren, zodat je telkens jonge aanplant erbij hebt staan. Eventueel kun je werken met 4 veldjes en de planten een jaar langer houden.
4. Het aantal aardbeienplanten
Natuurlijk is het aantal aardbeienplanten dat je neemt afhankelijk van de ruimte die je hebt. Bij 3 veldjes denk je misschien aan een enorme lap grond. Maar dat hoeft helemaal niet. Het is bijvoorbeeld prima om een stukje van 3-4 vierkante meter te gebruiken. Je kunt dan bijvoorbeeld 8-10 aardbeienplanten per veldje rekenen. Je kunt aardbeien ook verticaal laten groeien. Ook dan is het handig om te werken met 3 ‘veldjes’ in de verschillende groeifasen. In hun topjaar leveren die planten een flinke hoeveelheid aardbeien op.
5. Onderhoud van de aardbeienplanten
Aardbeien in de tuin is natuurlijk alleen leuk als het veldje netjes is. Dat is eenvoudiger dan het lijkt. De truc is vrij eenvoudig. Vóór het planten of zaaien maak je de grond klaar. Je haalt onkruid eruit en spit de grond om. Dan stamp je de grond stevig aan. Maak een rand die ongeveer 15 cm hoger ligt dan de grond eromheen. Zaai of plant daar de plantjes in (houd ongeveer 30 cm afstand aan). De grond om deze rand heen houd je goed aangestampt. Daardoor groeit onkruid er veel minder gemakkelijk en kun je er goed op lopen. Haal regelmatig onkruid tussen de aardbeienplanten weg. Knip uitlopers van de planten ook weg, tenzij je ze wilt gebruiken als nieuwe aardbeienplantjes. Let op, want aardbeien kunnen flink gaan woekeren!
6. Afdekken voor de vogels
Aardbeien in de tuin trekken veel vogels aan. Maar natuurlijk kweek jij de aardbeien voor je eigen gezin. Dus dek je ze, als de bloemen in bloei staan, af voor dieren. Dat kun je doen met gaas of met een net. Je kunt bijvoorbeeld van pvc buizen een vrij eenvoudig frame maken waar je een vogelnet overheen spant. Zo kun je zelf van de aardbeien uit je tuin genieten.
7. Het aardbeienras
Nog een laatste puntje voor je begint: het aardbeienras. Als je even op zoek gaat, ontdek je dat er heel veel rassen zijn. Als je kinderen hebt is een doorbloeiend ras het leukst. Dan levert de plant in juni een flinke lading aardbeien, maar blijven er nog tot augustus of september regelmatig nieuwe aardbeien verschijnen. Je kunt ook kiezen voor een extra zoet ras of een ras met extra grote aardbeien.
Zelf aardbeien kweken is helemaal niet moeilijk. Je hebt alleen wat geduld nodig, want het duurt wel even voordat je een effectief tuintje hebt met aardbeien in alle groeifasen. Vervolgens kun je met wat onderhoud elk jaar een flinke oogst aan aardbeien ophalen.
